Praktijkpilot Koe en Eiwit met 155 melkveehouders van start

Het project Koe en Eiwit is deze week van start gegaan. In deze praktijkpilot gaan 155 melkveehouders de komende 4 jaar de mogelijkheden en onmogelijkheden van 155 RE in het totale rantsoen ontdekken. De deelnemers komen uit alle provincies en qua aantal is het een afspiegeling van het aantal melkveebedrijven in die provincie. Hiervoor is het aantal aanmeldingen van bijna 200 teruggebracht naar 155.

Koe en Eiwit van start

 

Groepen met vergelijkbare grondsoort en intensiteit

Iedere deelnemer wordt lid van een eigen Koe en Eiwit Kring. Hierin zitten deelnemende melkveehouders met vergelijkbare grondsoort en intensiteit van de bedrijfsvoering. Het delen van ervaringen en vergroten van kennis is een belangrijk doel.

Huidige gehalte

De spreiding van het RE gehalte over de hele groep is groot. In de groep zitten bedrijven onder 155 gram ruw eiwit per kg droge stof en boven de 170. Gemiddeld zit de groep rond de 167. Het is interessant om te kijken naar de grondsoort. Op zandgrond is de groep bedrijven die onder de 155 zit het grootst en op veengrond zit iedereen op 160 of hoger.

Vervolgstappen

Deelnemers aan ‘Koe en Eiwit’ gaan samen met hun eigen voeradviseur aan de slag met deze rantsoendoelstelling. Ze worden daarbij geholpen door een extra begeleider vanuit het project. De werving van deze begeleiders is half februari jl. afgerond en ook onder de adviseurs was de animo om deel te nemen groot. Uit de bijna 90 aanmeldingen worden de komende tijd ruim 45 begeleiders geselecteerd voor de individuele begeleiding van de deelnemers. Deelnemers kunnen zelf aangeven welke begeleider de voorkeur heeft.

Korte inhoud pilot

Minder eiwit in het rantsoen is een van de managementmaatregelen waarmee melkveehouders de stikstofefficiëntie op hun bedrijf kunnen verbeteren. In de 4-jarige praktijkpilot Koe en Eiwit kunnen zij samen met hun voeradviseur en extra onafhankelijk advies ontdekken waar het voerspoor kansen biedt. Met oog voor melkproductie en diergezondheid. Wetenschappers van Wageningen Livestock Research (WUR) voeren de pilot uit, waarbij samenwerking wordt gezocht met veevoerleveranciers, adviseurs en dierenartsen. Aan de pilot doen 155 melkveehouders verspreid over Nederland mee.

De focus van de praktijkpilot ligt op het monitoren van de optimalisatie van het totale rantsoen van de totale veestapel. Met als doel een verlaging van het ruw eiwitgehalte tot 155 gram ruw eiwit per kg droge stof. Ruwvoermanagement is hierbij een belangrijk onderdeel. Hoe beter de melkveehouder dit onderdeel van de stikstofkringloop in de vingers heeft, hoe meer knoppen er zijn om aan te draaien voor een efficiënte bedrijfsvoering. Als blijkt dat scherp(er) voeren kan, dan is dat regelrechte winst. Ook in de portemonnee van de boer, want aanvoer van eiwit kost geld.

Initiatief en uitvoering

Initiatiefnemer voor deze pilot is de werkgroep ‘Stikstof en Veevoer’, samen met het Ministerie van LNV. ‘Stikstof en Veevoer’ bestaat uit LTO, NAJK, Biohuis, BoerenNatuur, Netwerk GRONDig, Nevedi, Rabobank en NZO. Tijdens de praktijkpilot zal de werkgroep als begeleidingscommissie fungeren. Financiering komt van het Ministerie van LNV en de uitvoering is in handen van een deskundig team onder leiding van Paul Galama van Wageningen Livestock Research (WUR), waarbij samenwerking wordt gezocht met veevoerleveranciers, adviseurs en dierenartsen.

Volg ons de komende tijd op: www.koeeneiwit.nl