Hooi, daar zit wat in
Koe en Eiwit-deelnemer Henri Kuijt uit IJsselstein houdt van wel van uitdagingen. Daarom heeft hij een hooischuur gebouwd om zelf gras te drogen. Grashooi is de officiële naam. Het streven is grashooi te maken met een hoog DVE en bijpassend RE en een heel hoog VEM-gehalte. Hoe werkt dat? We spraken Henri en zijn adviseur Teunis Mul.
Inspiratie uit het buitenland
Veehouders in Oostenrijk waren de inspiratiebron voor Kuijt. “Zij verbouwen al jarenlang hooi en dat ruikt altijd prima. Waarom dan hier niet? Hooi past bovendien prima bij kaasmakers, we zijn nu de mogelijkheden aan het verkennen om hier wat mee te doen.” Adviseur Teunis vult aan: “Bij hooi denken mensen vaak aan stengelige lange sprieten met een matige voederwaarde. Het hooi van Henri is zeker niet stengelig, daarom spreek ik liever van gras zonder water. Henri verbouwt uitsluitend gras en heeft daarmee meer dan voldoende eiwit op zijn bedrijf voor een goed rantsoen. De kunst is vooral om te zorgen voor een goede benutting.”
Bedrijfsgegevens Kuijt
- 90 melkkoeien en 50 stuks jongvee
- De koeien worden gemolken met een automatisch melksysteem (2)
- Beweiding (12 uur per etmaal)
- Melkproductie van ruim 9000 kg, met 4.30 vet en 3.60 eiwit
Hooischuur
In de speciaal gebouwde hooischuur bevinden zich vijf bunkers, ieder ongeveer 13 x 7 x 6 meter, waar van onderaf lucht doorheen wordt geblazen. De temperatuur en luchtvochtigheid worden continu gemeten terwijl het gras/hooi kunstmatig (verder) wordt gedroogd. Met een kraansysteem haalt Henri het hooi in en uit de bunker. Bij een temperatuur net boven de 42°C wordt het gras getoast (verhit) om het DVE-gehalte in het voer te verhogen.
Proces
Het proces voor de voerderwinning begint al in januari, dan wordt samen met de voerleverancier een plan opgesteld, zegt Mul. “Wat voor gras willen we? Hoeveel hebben we nodig? Uitgangspunt is ca 15-17 kg ds per koe per dag uit grashooi en het streven is gras met en hoog suikergehalte met 70-80 DVE. Hier wordt de bemesting dan op aangepast. Afgelopen jaar hebben we 300 kg kalk gestrooid en 20 kg N minder gestrooid. Dit jaar is er bemest met TerraNature gold, daarbij is de N-gift nog iets verder verlaagd ( -10 kg N). De verwachting is dat door deze bemesting en aanpak het DVE-gehalte in het gras zal toenemen. Nu, voor de latere snedes gebruiken we weer KAS.”
Gras in de koe
Voor het juiste oogstmoment van het gras wordt gekeken naar het NDF-gehalte geeft Teunis aan. ”Er wordt geoogst als het NDF- gehalte rond de 475 ligt (3000-3500 kg ds). Door het gras verder te drogen, ontstaat er minder OEB. Dat zou met inkuilen ook kunnen, maar droge kuilen zijn minder goed aan te rijden en bovendien neemt de kans op broei toe.” Het eerste seizoen was de veldperiode gemiddeld 2-3 dagen. Door de stijging van de energiekosten is de veldperiode in het tweede seizoen verlengd tot ongeveer 5 dagen. Henri wil zoveel mogelijk gras in de koe krijgen. In het voorjaar begint hij dan ook al vroeg met het bijvoeren van vers gras. “Dit jaar ben ik eind maart begonnen met gras bij te voeren, eind november heb ik het laatste gras gemaaid en nog aan de koeien gevoerd. Voorwaarde is natuurlijk dat het land goed begaanbaar is.”
Het (winter)rantsoen
Het rantsoen in de stalperiode is eenvoudig, zegt Henri: “Hooi en krachtvoer, eventueel aangevuld met vers gras als dat (nog) voorradig is. Omdat we met het kraansysteem het hooi makkelijk uit de verschillende bakken halen, kunnen we eenvoudig het gewenste rantsoen samenstellen. De koeien krijgen 16-17 kg hooi, aangevuld met krachtvoer uit het automatisch melksysteem en de krachtvoer box. Een hoogproductieve koe krijgt max 12 kg krachtvoer. Het krachtvoer is meestal zetmeelrijk en bevat veel tarwe. De rantsoenen worden berekend op 155 RE, dat is waar we voor gaan in Koe en Eiwit. In de zomermaanden passen we het krachtvoer aan en voeren strobrok. Met voldoende eiwit op het bedrijf is aankoop van bijproducten niet nodig.”
RE in rantsoen
Volgens de gegevens uit de KringloopWijzer zat Kuijt in seizoen 2020-2021 op een RE- niveau van ruim 170, vrij hoog. Een seizoen later was dat gedaald tot 161 RE. In december 2022 bevatte het rantsoen 153 RE en in de zomer ligt het doorgaans iets hoger. In tabel 1 staat de analyse van het rantsoen. Dit is gebaseerd op een RE van 155 g/kg ds. In tabel 2 zijn de analysecijfers van het hooi weergegeven, voor 2023 zijn die nog niet bekend.
De plussen en minnen van hooi
+ Vrijwel geen boterzuur en Listeria
+ Geen in- en uitkuilverliezen
+ Geen afdekproblematiek (plastic etc.)
+ Geen broei problemen
+ Minder pens verzuring
+ Hoog DVE en minder OEB
- Meer velddagen nodig
- Meer schudden /meer arbeid
- Energie verbruik
- Meer weersafhankelijk
Blij van hooi
Kuijt is dik tevreden hoe het nu gaat. “Ik word blij van hooi, de koeien doen het er goed op. We hebben veel minder problemen met pensverzuring dan voorheen. De productie blijft goed op peil, en ook zijn er geen gezondheidsproblemen. We zijn nu bezig met het derde seizoen waarin we hooi gebruiken en willen het proces nog verder optimaliseren. Ik denk dat hier nog kansen liggen. Bijvoorbeeld welk gras gaan we telen, in ieder geval gras met veel suikers. Daarvoor zijn we in gesprek met graszaadleveranciers.“